Op verzoek een dag-tot-dag-beschrijving van ons weekje fly-drive 20.000 km van Nederland!
Nieuw-Zeeland bestaat uit twee eilanden; noord en zuid (en nog wat kleins). Wij hebben het Zuidereiland bezocht; dit is het grootste eiland. Qua grootte is NZ ongeveer 8 x Nederland (Australie 50 x). Er wonen in totaal 4 miljoen mensen, maar op het Zuidereiland woont daar slechts ¼ van. Op het moment van bezoek was het zomertijd, maar qua temperatuur en gevoel leek het soms wel wintertijd! De Kiwi’s begrepen er ook niets van.
Wij hebben vnl. het middenstuk van het Zuidereiland bezocht.Christchurch-Lake Tekapo-Queenstown- Te Anau- Milford Sound-Frans Jozef Glacier-Greymouth-Christchurch
Dag 1
Zondagavond kwamen we, na drie uurtjes vliegen, om 23.30 NZ tijd aan in Christchurch.
We hadden gelukkig een transfer naar het hotel en kregen via een cp van het reisbureau alle vouchers aangereikt voor de trip. Het uitzicht vanuit onze hotelkamer was super: The Cathedral Square met recht voor onze neus de kathedraal en een kerstboom; mooiste plekje middenin het centrum!.
Even de ouders gebeld en de Mc Donalds bezocht (24 p/d geopend). Daarna een rondje om de kerk gelopen, waar een busje stond waarvanuit soep uitgedeeld werd aan zwervers.
Een leuk gesprek gehad met een van hen. Intelligente en vriendelijke man die zeer bereisd was. Vlak naast de kathedraal was nog een Iers kroegje open. Het was inmiddels al 01.30, maar als wij wat wilden drinken, bleef de kroeg gewoon wat langer open! Baileys heette de bar en ik heb die naam eer aangedaan natuurlijk ;) Christchurch is de grootste stad van het Zuidereiland, maar ze voelt aan als een gemoedelijk dorp.
DE kathedraalDag 2
De volgende dag om 8.00 op en even wat rondgelopen in het centrum. De toren van de kathedraal beklommen, op het plein langs een marktje gestruind, Starbucks aangedaan en bij een bageltentje ontbeten.
Terug bij het hotel werden we met een busje naar onze auto gebracht. Daarmee zijn we naar een gondola/kabelbaan gereden voor een spectaculair zicht op Christchurch en omgeving. Helaas was het snel bewolkt en boven aangekomen was het nat en niet erg indrukwekkend.
We zijn de auto ingestapt op weg naar Lake Tekapo, ons eindpunt van de dag, en hebben zo’n 4 uur gereden. Onderweg e.e.a. ingeslagen in een soort Hypermarché, daar met de feestdagen alles gesloten was.
Op weg heb je al vrij snel prachtige weidse vlaktes om je heen, en zo goed als geen verkeer. Het zicht geeft een heel vrij gevoel en met het doorbreken van de zon, werden we helemaal gelukkig.

Het landschap verandert vrij snel van vorm. Van vlakke landbouwgrondenen grasvelden naar bergen; eerst groen en vooral heuvelachtig als in de Highlands, opgevolgd door heuvels/bergen die afh. van de zon grauw, bruin of bruinrood kleuren. En in de verte zagen we al de rotsgebergten met sneeuwtoppen, wat direct een wintersportgevoel opwekte.
Tussentijds dus een stop gemaakt aan de oostkust in Timaru, voor de Hypermarche en een verlate lunch met uitzicht op een grasvlakte die overging op een wit zandstrand en helderblauwe zee. Te koud en winderig om heen te lopen, maar prachtig en bizar dat er in zo’n korte tijd zo’n divers landschap aan je voorbij gaat.

Strand bij Timaru
Lake Tekapo, ons eindpunt, is een onwaarschijnlijk mooi turquoise meer.
Er staat een lief klein stenen kerkje aan de rand, waar men een vroege kerstnachtviering hield en kerstliederen aan het zingen was. Het meer is aan de ene kant omgeven door bruine heuvels, bergen en een dennenbos en aan de andere kant zijn de rotsgebergten met maagdelijk witte sneeuwtoppen te zien.
Benieuwd naar ons hotel, reden we een stukje verder en bleek dat ons uitzicht het kerkje en het meer omvatte. Vrieskou trotserend zijn we met alle kleding die we bij ons hadden, buiten gaan zitten om te genieten van het uitzicht. Met een wijntje en wat eten, tot de zon onderging.
Lake Tekapo
Kerkje bij Lake Tekapo
Ochtend 1e Kerstdag; uitzicht vanaf hotelkamer
Dag 3
1e kerstdag! We hebben een ontbijtje gemaakt met het restant van de ingeslagen boodschappen en dit weer buiten zittend voor Lake Tekapo opgegeten met een fel schijnend zonnetje. Het dorp telt 330 inwoners en ook buiten kerst is er niets te doen, behalve langs het meer wandelen, dus het was inpakken en vertrekken. Wat smsjes verstuurd naar familie, die nog de kerstnacht aan het vieren waren, en de auto ingestapt op naar Queenstown.
Bij Lake Pukaki onderweg met blote voeten in het water gestaan, hier was het meer betoverend mooi blauwgroen. (Elk meer heeft, mits de zon er een beetje opschijnt, weer een andere soort kleur blauw, ik vraag me af of er verschillende benamingen voor zijn).
Lake Pukaki
Deze dag ook zo’n vier uur gereden, met wat tussenstops bij o.a. en zalmfarm waar men sashimi verkocht. Verser zou niet kunnen! Helaas was deze gesloten met kerst.
Tijdens het rijden hebben we trouwens een raadspelletje bedacht, genaamd: possum of rabbit (of filet americain bij ondefinieerbaar). Overal, echt overall, liggen brievenbuskonijnen en possums.( Zie http://nl.wikipedia.org/wiki/Nieuw-Zeeland
en scroll naar flora en fauna). Het blijft sneu, maar op een gegeven moment wen je er redelijk aan. En ze zijn wel heel mooi plat.
Tussentijds gestopt in Cromwell aan Lake Dunstan.
Een slaapdorpje, met moderne huisjes, waarbij je je niet kunt voorstellen hoe het moet zijn om zo op te groeien. Het oude dorp is verdwenen in het meer, maar inmiddels heeft men een deel daarvan herbouwd. Het zag er leuk, maar ook een beetje spookachtig uit. Normaal is dit een toeristentrekker, maar met de feestdagen was het uitgestorven en dicht. Gelukkig was er wel een w.c. te vinden, voor de hoge nood. ;)
Spookplaatsje Cromwell
Het weer begon flink te betrekken, en toen we rond 15.00 in Queenstown aankwamen was het bar en boos. Dit maal geen geluk met hotelkamer en dat was jammer want hier bleven we het langst; 4 dagen. We zaten buiten het centrum en hadden totaal geen zicht op lake Wakatipu. Eigenlijk op niets, want we zaten in een donker hoekje en het rook er muf. Omgekleed naar een feestelijke outfit en gekeken of we ergens iets konden drinken voor het kerstdiner, helaas zonder success. Zelfs de bar in het hotel was gesloten!
We hebben wat rondjes door het centrum gereden, maar het regende te hard om iets te kunnen zien. Ik had gereserveerd bij een ‘fine-diningrestaurantje’ en we besloten daar maar wat vroeger heen te gaan. Aangekomen, bleek het restaurant gesloten. We zijn in een depressief uitziend hotel even wat gaan drinken om op te warmen, om het later nog eens te proberen. Het restaurantje bleek nog steeds gesloten te zijn en in paniek heb ik ze opgebeld in een telefooncel, waar gewoon werd opgenomen. Bleek dat het fine-dining restaurant met kerst gesloten was, en men ons hadden doorgestuurd naar een bar-restaurant, wat deel uitmaakte van hun keten…. Als bar was het vast een hippe tent, maar als restaurant een grote tegenvaller. Tocht, housemuziek, na twee happen eten de rest maar laten liggen, ongeschoold personeel en belachelijk duur. Kortom; een treurige bedoening!
Een beetje genoegdoening volgde; we hebben een ouder stel voor deze misstap kunnen behoeden door ze tijdig te waarschuwen en we hebben ons leed met ander gasten die vertrokken, goed kunnen delen. ;)
We zijn maar vroeg richting hotel gegaan, na een ‘praattest’ i.p.v. een blaastest een te hebben ondergaan bij een politieman (nieuwe gadget ;)). Lekker ons bedje ingedoken, met electrische dekens, dat dan weer wel! :)
Dag 4
Vroeg op voor de ochtendexcursie met het stoomschip de TSS Earnslaw naar de Walter Peak (=berg) Farm! Behoorlijk fris, maar met een waterig zonnetje door de wolken, zijn we de boot opgegaan.
Binnen was het lekker warm en hebben we wat te ontbijten gehaald. Met een mok warme thee naar buiten gegaan om het spectaculaire uitzicht goed op ons in te laten werken en veel te filmen en foto’s te kunnen schieten. Als enige boot op het meer in de vroege ochtend, voelde het als een expeditie naar onbekend gebied!
Je mocht een blik in de machinekamer werpen waar een zware geur hing van kolen en olie en mannen vol zwarte vegen in overalls stonden te zweten.
Bij de farm aangekomen, begon de zon goed te schijnen en werden we leuk verwelkomd door de enthousiaste schaapshond Storm en wat medewerkers van de farm. We kregen een begeleider mee, met verschrikkelijk droge humor. We hebben schapen gevoederd, lammetjes flesjes melk gegeven en opgetild en op hun buikjes gekriebeld, schapen opgejaagd en vervolgens bewonderend toegekeken naar hoe Storm daar toch beter in was. (Lennart wil nu een Storm hebben). Ook hebben we tamme Highlandcows en herten geaaid (die geweien zijn zo zacht als fluweel), gezien hoe een schaap geschoren wordt en een demonstratie aan het spinnenwiel gevolgd.
De belangrijkste leermomenten van deze ochtend waren:
1. afgevallen geweien kunnen nog gebruikt worden als afrodisium en
2. goede wol kriebelt niet!
Het moge duidelijk zijn; als echte stadsmensen vonden we alles prachtig. ;)
Boerderij, met vooraan Storm, uitgelaten wachtend tot we aanmeren
Waar ik ook erg gelukkig van werd was de tea die bij de excursie ingesloten zat.
Goed ingepakt met inmiddels aangeschafte mutsen en handschoenen, zaten we buiten op het terras in de ‘winterzon’ aan de scones en thee over een tuin vol kleurrijke bloemen en het meer uit te kijken. Ondertussen kruimeltjes voerend aan brutale roodborstjes. De stoomboot kwam weer langzaam aangetuft om ons te halen, maar als hij niet gekomen was, hadden we hier rustig nog een halve dag kunnen zitten.
Uitzicht vanaf het terras...
Uitzicht vanuit patrijspoort
Crewmember
Gelukkig was deze tweede kerstdag alles open en hebben we lekker op terrasjes gezeten in de zon en als het regende even geschuild om vervolgens weer in de zon te kunnen zitten. Voor de avond had ik gereserveerd in het fine dining restaurant The Bunker (als ‘erg goed’ aangeschreven in de Lonely Planet). Klein restaurantje dat er gezellig uitzag en vergeleken met onze ervaring van de avond ervoor zeker beter was.
(Achteraf gezien hadden we natuurlijk ook naar een vriendelijk geprijsde Chineze of Koreaanse toko kunnen gaan op Boxing Day, maar met kerst wil je toch net even iets specialers.) Na het eten langs een liquorshop gereden voor een drankje op de hotelkamer.
We kregen alleen geen alcohol mee, omdat het Nederlandse rijbewijs niet als ID geaccepteerd wordt en men niet geloofde dat we ouder dan 25 waren?!
We hebben het maar als compliment opgevat. ;)
Dag 5
Deze dag zeer vroeg op om met taxi en daarna bus, met special ontworpen glasdak, een zeer prijzige dagexcursie te maken (van 7.20 tot 20.00). En wel naar het hoogtepunt en meest paradijselijke gebied van het Zuidereiland; the Milford Sound! Via het plaatsje/meer Te Anau. We zagen er erg naar uit. Het meer komt uit op de Tasmaanse zee en er zijn vogeltjes, zeehonden, dolfijnen en pinguins te zien. We hadden gekozen voor de extra lange tocht op een groot zeilschip, zodat we 2,5 uur op het water konden blijven.
We geloven graag dat dit allemaal prachtig is om te zien met goed weer, maar helaas hadden we het niet getroffen met mist, bewolking, onweer en heel veel regen. In de bus viel weinig te zien, in Te Anau ook, door de regen.
Uitzicht vanuit de bus
Koud en met natte sokken zaten we op de boot en je had een beetje zicht als het schip zeer dicht langs de kust voer, maar het mooie groen op de bergen was niet zichtbaar en het blauwgroene meer, was grauw. Nu regent het wel vaker in deze contreien, maar dit was gewoon een gehele pechdag.
( http://www.realjourneys.co.nz/Main/MilfordSoundNatureCruises/ zo hoort het er uit te zien ;))
Met wat fanatasie ze je de zeilen wapperen en de groene bergen op de achtergrond ;)
Waar we wel heel blij mee mochten zijn volgens de gids, en dus ook veel foto’s van geschoten hebben, zijn alle spontaan ontstane watervalletjes die de bergen uit liepen. Bij goed weer zijn deze weer zeer snel opgedroogd. Uniek dus ;)
Uiteindelijk hebben we de tijd zo aangenaam mogelijk gedood door een fles rode wijn aan te schaffen en ons daarmee in een hoekje te verschansen.
Unieke watervalletjes ;)
Het einde van de dag maakte zeer veel goed met een culinair hoogtepunt! ;)
Terug in Queenstown hebben we gegeten bij Wai; mooi restaurant, je hoefde geen trui aan om het binnen warm te hebben, prettig personeel, heerlijk eten, fijne wijn en een superuitzicht over het meer met aan het einde van de avond de TSS Earnslaw die aan kwam varen en voor de deur afmeerde…
Dag 6
Vandaag hadden we een flink end voor de boeg met zo’n 6 uur rijden en zijn we iets voor 8.00 vertrokken. (De kmafstanden vallen heel erg mee, maar het zijn geen rechte Route du Soleil-wegen). We hebben daarom, na gezamenlijk overleg, besloten het BH-hek maar links laten liggen. ;) Maar goed ook, want ik lees net dat het opgeheven is:
http://en.wikipedia.org/wiki/Cardrona_Bra_Fence
Het eerste stuk rijden was van de grote weg af over kronkelende bergweggetjes. Een heel leuke route, jammer dat hij zo kort was. Het was een mooie ochtend, prachtig landschap, voelde avontuurlijk en ik heb flink wat gefilmd. Een stuk van de route leidde ons langs bruine heuvels vol kleine stro-kleurige rietpolletjes.

Grappige polletjes
Het tweede stuk volgde de westkust, Deze is ruiger dan de oostkust met veel kale takken op het zand, riet en rotspartijen. De zee ziet er ook donkerder uit, vergelijkbaar met de Noordzee. Je rijdt over veel bruggetjes met half opgedroogde rivieren eronder, vol kiezels en stenen. De stroompjes raken in de verte nog net de zee aan.
Dan volgt er veel groen. De bomen langs de zijkant van de weg zijn zeer divers, het ene moment krijg je een Ardennengevoel en het volgende moment waan je je in Afrika. Er zit zelfs een stuk weg bij waarvan je denkt dat het leidt naar het paradijs van Adam en Eva. En er is een uitkijkpunt waar zich een baai bevindt en het water er prachtig Cote d’Azurblauw uitziet!

Langzaam rij je de bergen in en wordt het mistiger en kouder. We waren op weg naar het Franz Josef Glacier en wilden daar op tijd zijn voor onze mini-excursie de gletsjer op!
We verwachtten daarom veel bergtoppen met sneeuw. Het enige zicht was echter mist en contouren van bergen. Gelukkig kwamen we net op tijd bij een bezinestation, daar het metertje al enige tijd op rood stond. Vanuit een telefooncel gebeld over de excursie die met dit weer niet doorging en ervolgens rustig doorgereden naar ons motel. Het plaatsje Franx Josef bestaat eigenlijk uit een grote straat met excursiebureau’tjes, een paar eetcafe’s en wat souvenierswinkeltjes. We waren er al doorheen voor we er erg in hadden. Het motel lang net buiten ‘het centrum’. Goedkoopste onderkomen van de hele reis, dus je weet wat je krijgt. ;)
Toen de regen ophield zijn we ‘The Strip’ opgedoken. Lennart heeft zichzelf met een boekje bij een eetcafe geïnstalleerd en ik ben even wat winkeltjes ingedoken, maar de souvenirshops hadden niets leuks. Precies dezelfde theedoeken (van een stof, waarvan je al weet dat deze niet afdroogt) als de Australische souvenirshops, maar dan bedrukt met kiwi’s in plaats van koala’s. Teruggekomen bij Lennart zag ik dat hij twee megagrote glazen bier had gekregen, want het was happy hour ;) Besloten om daar, de in-Frans- Jozef-meest-geroemde-spare-ribs te eten. Vervolgens werd ik heel erg draaierig en zweterig en zijn we de gletsjer maar gaan opzoeken. Met mijn hoofd in de ijzige lucht, knapte ik snel op, het zal het eten wel geweest zijn. De bewolking was inmiddels een stuk opgetrokken en we hebben een minihike naar de gletsjer gemaakt! Het fijne in NZ is dat het in de zomer pas donker is rond 22.30, zodat je er s’ avonds nog op uit kan (in Sydney is het in de zomer al donker om 20.30).
Na de wandeling was het nog maar 19.30. Bij het motel zitten, was geen optie en na een stukje rondrijden vonden we achter de hoofdstraat nog een kleiner straatje met een barretje dat leuk zicht had op een stukje van de bergen en zelfs wat sneeuwtoppen!
Daar lekker warme drankjes gedronken tot het te koud werd en we binnen zijn gaan zitten.
Toch vroeg naar het motel gegaan, waar ik in een warm bedje ben gaan lezen en Lennart als verstokt roker zich buiten installeerde met muts op en meerdere lagen kleding aan. ;)
Dag 7
Voor de verandering eens heel vroeg op! ;)
Want… bij goed weer ging onze uitgestelde excursie door!
En het was goed weer, met stukken blauwe lucht en zon. Met kriebels en lege maag de auto in naar de … helikopter!
Voor zo’n 80 euro kan je 20 minuten een mini-vlucht maken over the Franz Josef Glacier met een landing op de gletsjer! Wij zijn geen bungeejumppersonen (extreme sports worden overal aangeprijsd in NZ), maar dit vonden we wel fantastisch klinken!

Blauw ijs, magisch mooi!
In een woord: Top!
Lennart en ik hadden allebei nog nooit in een helikopter gevlogen en om een gletsjer van bovenaf te zien met al die rare spelonken waar je niet kunt lopen, was heel speciaal.
Een raar soort maanlandschap leek het, maar dan van heel zachte sneeuw, terwijl je later merkt dat het keihard ijs is.
De piloot tettert nog wat informatie in je koptelefoon, maar eigenlijk luister je daar niet naar ;) . Boven aangekomen op het ijs, was het jammer dat we wat voetstappen zagen van de dag ervoor, anders had je het gevoel gehad de eerste mens te zijn die hier voet aan land had gezet! In de verte zagen we het puntje van Mount Coock (hoogste berg van NZ).
Op de terugvlucht (omdat deze gletsjer helemaal niet hoog is en de tijd toch gevuld moest worden) vlogen we zigzaggend schuin naar beneden, heel gaaf! Je voelt de druk van de zwaartekracht direct op je lijf.
Mochten we hier ooit weer stranden, dan gaan we zeker voor de spectaculairdere en langere vlucht naar Mount Coock. Daar hadden we nu de tijd niet voor en we wisten niet dat je op het laatste moment pas hoeft te beslissen of je wel of niet de vlucht wilt maken i.v.m. weer.
Met luchtbenen en een take-away-ontbijtje weer in ons autootje gestapt voor een twee en half durende rit naar Greymouth waar de Alpine Express ons weer naar Christchurch zou brengen.
Een korte tussenstop gemaakt in Hokitika; een touristenplaatsje waar veel sieraden worden verkocht gemaakt van jade. We zagen door de bomen het bos niet en hadden te weinig tijd om goed rond te kijken, maar je zou hier best een paar uur zoet kunnen zijn.
In Greymouth de auto ingeleverd, nog een drankje gedaan bij een bar vlak naast het station en vervolgens de trein ingestapt voor ‘een van de vijf mooiste treinreizen van de wereld’!
In het open-deck gedeelte van ons treintje
De rit duurt zo’n 4,5 uur, waarbij je ook 4,5 uur commentaar krijgt van een zeer enthousiaste gids die luid verstaanbaar is door de boxen. ;)
Het landschap was zeker prachtig en het was leuk om er eens rustig naar te kunnen kijken zonder op te hoeven letten op de weg. Maar wij waren al een beetje verwend en gewend geraakt, omdat we eenzelfde landschap de hele week hadden doorkruist.
De treinstocht wordt in folders aangeraden met Christchurch als vertrekpunt, en omdat je dan nog niet bekend bent met het landschap, ben je zeker onder de indruk!
Misschien is de tocht ook anders in de winter, wij hadden meer sneeuw verwacht.
In Christchurch werden we opgewacht door ons transferbusje en naar een motel buiten het centrum gebracht. Hierdoor niet ontmoedigd, hebben we een flinke wandeling gemaakt door the North Hagley Park en the Royal Botanic Gardens.
Een mooie rozentuin, maar haalt het niet bij ‘onze’ Botanic Gardens in Sydney!
Wat de mooiste plek in Christchurch is, vonden wij, is het Art Centre. dat bijna aan het park vastgeplakt zit. Het centrum is gehuisvest in de vroegere Canterbury University, geheel opgetrokken in gotische stijl. (Een inspector Morse aflevering misstaat er niet ;))
Er zijn een aantal gezellige horecagelegenheden en in het weekend overdag een food en kunstmarkt (…).
Artcentre en horecagelegenheid
De tocht vervolgend kom je langs wat oude woningen die mooi zijn opgeknapt.
Over de brug zit een keur aan restaurantje waar we, na intense bestudering van alle menukaarten, lekker gegeten hebben!
Rustig aan teruggewandeld, helaas geen possums hier in de parken, en in bed heerlijk t.v. gekeken.Voor het eerst sinds NL meer dan 5 kanalen! (waar een mens al niet gelukkig van wordt ;)).
Dag 8
Onze laatste dag!
Een halve dag om precies te zijn en daarom; vroeg op!
Het is deze dag ook superweer; strakblauwe lucht, warm en een zonnetje, het kan dus wel ;)
Lopend vanzelfsprekend direct naar het Art Centre gegaan, waar we wat galerietjes, eetstandjes en het art and craftmarktje hebben aangedaan. Er was een kunstenares die naast kleine tinnen afbeeldingen van dieren ook platte possums had gemaakt met losse pootjes ernaast, en erop geschreven: roadkill, of: missing some parts! Kiwi’s zijn niet zo dol op possums. ;)
Een laatste rondje om de kerk gelopen en de oude tram volgend, kwamen we in een klein straatje met pastelgekleurde winkeltjes uit waar we gelunched hebben.

Met de taxi dit keer teruggereden, i.v.m. de kostbare tijd.
We zijn naar een heuse Mall gegaan, dichtbij ons motel in de buurt.
In het centrum waren op zondag alleen de toeristenwinkeltjes geopend.
Ongelooflijk, zo’n groot overdekt winkelcentrum. Lennart was het al gewend vanuit Amerika. We hebben voor het eerst een heuse K-mart van binnen bekeken. Niet voor herh. vatbaar, wij houden het bij de Le Clerc. ;)
Na 1 uurtje gaar naar buiten gestrompeld. Te druk met al het winkelend publiek, dat na kerst op de 50% sale afgekomen was.
Tijd om terug te vliegen naar ons tijdelijke thuis!

1 opmerking:
Gaaf zeg om te lezen hoe jullie NZ hebben ervaren.
Die possums, ook wel fossums (formal possums) genoemd vind je idd overal. Het schijnt een sport te zijn wie het meeste heeft gekilled en hoe plat ze zijn. Ze rijden er zelfs in hun achteruit graag nog een keer overheen! Bizar toch, maar ja ze hebben ook niet gevraagd om die plaag van beesten die alles opeten. Ze zijn namelijk ooit eens met een container meegekomen het land in.
Gaan jullie de volgende keer het Noordereiland bekijken met de Maori cultuur, geiservelden en mooie steden?
Liefs, Antoinette
Een reactie posten